Wat mag het kosten?
Wonen en Ruimte | R2021 | B2022 | B2023 | B2024 | B2025 | B2026 |
---|---|---|---|---|---|---|
Lasten | 838 | 1.683 | 1.824 | 1.986 | 1.813 | 1.798 |
Baten | 683 | 517 | 834 | 539 | 1.111 | 1.424 |
Saldo baten en lasten | -155 | -1.166 | -990 | -1.447 | -703 | -374 |
Toevoegingen aan reserves | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 |
Onttrekkingen aan reserves | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 |
Saldo reserves | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 |
Saldo | -155 | -1.166 | -990 | -1.447 | -703 | -374 |
Toelichting Financieel overzicht
LASTEN
De kosten voor wonen en ruimte vallen in vergelijking met 2022 circa € 140.000 hoger uit. De is hoofdzakelijk het gevolg van de herverdeling van de salarislasten naar de taakvelden on dit deelprogramma.
De lastenbegroting binnen dit deelprogramma omvat onder andere de woonzorgvisie, onderzoek naar zelfwoonplicht en opkoopbescherming. Verder zal de doelgroepenverordering worden geactualiseerd.
BATEN
Bouwleges
Voor de begroting 2023 heeft een actualisatie van de bouwleges plaatsgevonden. Doordat veel projecten niet meer realiseerbaar zijn in 2022 zijn de inkomsten daar verlaagd en realiseren we deze grotendeels in de begroting 2023. Het effect hiervan is ruim € 300.000. Op basis van de huidige prognose zullen de baten vanaf 2025 aanzienlijk stijgen.
Implementatie Omgevingswet
Alle gemeenten worden in de komende jaren gecompenseerd voor de uitvoeringskosten van de omgevingswet via het gemeentefonds. De verwachte stijging in het gemeentefonds is circa 255 miljoen in 2033 en loopt af naar circa 100 miljoen in 2025.
Op basis van deze inkomsten wordt verdere uitvoering gegeven aan de implementatie van de Omgevingswet. Daarnaast ontvangen de gemeenten na inwerkingtreding een jaarlijkse bijdrage van € 10 miljoen in 2023 tot en met 2026 voor het uitvoeren van de Wkb-taken. De verdeling van deze decentralisatie-uitkering vindt plaats via de verdeelsleutel in het gemeentefonds. Dit zal in de komende circulaires bekend worden gemaakt.