Wet kwaliteitsborging voor het bouwen
Op 14 mei 2019 nam de Eerste Kamer de Wet kwaliteitsborging voor het bouwen aan. Deze wet regelt de invoering van een nieuw stelsel van kwaliteitsborging voor het bouwen. Hiermee wordt de positie van de particuliere en de zakelijke bouwconsument versterkt. Door de toenemende complexiteit in de bouw werd herziening van het huidige stelsel van kwaliteitsborging noodzakelijk geacht. Hiermee wordt de relatie tussen de opdrachtgever, de bouwconsument, en de bouwende partijen evenwichtiger. Voor de gemeente vervalt grotendeels de technisch-inhoudelijke toetsing aan het Bouwbesluit en komt er een aantal voornamelijk administratieve taken bij, zoals de controle of het juiste instrument voor kwaliteitsborging is toegepast en een controle of er sprake is van een erkende kwaliteitsborger. De inwerkingtreding van de Wet kwaliteitsborging voor het bouwen staat gelijktijdig met de inwerkingtreding van de Omgevingswet vooralsnog gepland voor 2023. De invoering van de wet geldt niet gelijk voor alle bouwwerken, invoering vindt plaats in fases. Toezicht (gedeeltelijk) en handhaving op deze werken blijven bij de overheid. Eén en ander heeft mogelijk gevolgen voor de legesopbrengsten en de personele capaciteit. De exacte gevolgen zijn nu nog niet geheel duidelijk.
Het risicobedrag is pm.